Ervaringen van een Nederlandse melkveehoudster in Bretagne

18 Jaar geleden vestigde zij zich samen met haar man en hun 3 kinderen als veehouder in het noordwesten van Bretagne. Met haar man exploiteert ze daar een gemengd veeteeltbedrijf met 110 melkkoeien op 100 ha.
Mary is eveneens bestuurslid van de coöperatie EVEN (1.200 leden en 6.000 werknemers).
Voor hun vertrek uit Nederland had de familie Uijterwaal een boerderij in de buurt van Houten.

Wat waren uw beweegredenen om Nederland in 2005 te verlaten?
Er waren opvolgingsproblemen. Daarnaast kregen wij problemen met de toezichthouders op de milieuwetgeving. We kregen een nieuwe inspecteur toegewezen die niet goedkeurde wat zijn voorganger altijd had geaccepteerd. Vanwege de hoge grondprijzen in Nederland zochten we in het buitenland naar mogelijkheden om ons als agrarisch ondernemers met een op de toekomst gericht bedrijf te vestigen.

En waarom Frankrijk?
We wilden ons niet te ver van familie en vrienden vestigen. Daarom concentreerde we onze zoektocht op West-Europa.

Het werd Frankrijk omdat de prijzen voor agrarische grond in Frankrijk een stuk lager zijn dan in Nederland (ter vergelijking: in 2022 was de gemiddelde grondprijs voor weideland in Nederland ongeveer 60.000 € per hectare en in Bretagne, het tiende daarvan, 6.000 € per ha. Dit is een gemiddelde, de Noord Finistère, het gebied waar wij wonen heeft vanwege de uitstekende grondkwaliteit een hoger prijskaartje. Daarnaast is Frankrijk ‘boervriendelijk’. De bevolking en de politiek in Frankrijk staan over het algemeen positief tegenover de agrarische sector.

We hebben ook in Denemarken en Duitsland gekeken maar hebben uiteindelijk voor Frankrijk gekozen omdat we daar een boerderij hadden gezien die binnen ons budget bleef en aan onze wensen voldeed. In Duitsland zijn veel van de aangeboden bedrijven, pachtbedrijven en we wilden eigenaar zijn.

En waarom Bretagne?
Het goede klimaat voor de veehouderij, veel regen en niet te warm, en de goede infrastructuur voor de veehouderij, waren dé redenen ons in Bretagne te vestigen.

Wij waren niet de enige met dit idee; om ons heen, in een straal van 100 km, zijn minstens 10 andere Nederlandse boerengezinnen gevestigd.

Alleen al in 2023 zijn er weer 3 Nederlandse boerengezinnen in de buurt bijgekomen. Daarnaast hebben zich hier in de regio Belgen en Zwitsers gevestigd.”

Wat voor bedrijf heeft U in Bretagne?
We hebben een gemengd bedrijf van 100 ha. met 110 melkkoeien. We verbouwen gras, mais en luzerne als voer voor de koeien. Alleen het krachtvoer kopen we in. Dat betekent dat we minder afhankelijk zijn van de prijsontwikkelingen van veevoer. Wat grootte betreft met de 110 melkkoeien liggen we boven het gemiddelde aantal van 66 melkkoeien per boerderij in Frankrijk.

In Nederland is op het moment veel te doen over de negatieve effecten van de veeteelt op het milieu (stikstof en ammoniak). Heeft u dezelfde problemen hier in Frankrijk?
De Nederlandse overheid wil de agrarische sector opkopen/wegsaneren, In Frankrijk is nog ruimte.

In Frankrijk bestaat eveneens een stringente milieuwetgeving waar we ons aan moeten houden. Maar Frankrijk heeft veel minder ‘Natura 2000’ gebieden (dit zijn gebieden waarvoor stringentere milieueisen gelden ter waarborging van de biodiversiteit, NWA) en daardoor minder strenge regels.

Nederland is de op één na grootste exporteur ter wereld van agrarische producten terwijl het tegelijkertijd één van de meest dichtbevolkte landen ter wereld is.

De lage grondprijzen hebben een positieve invloed op uw kosten, betekent dit ook lagere melkprijzen?
De gemiddelde melkprijs in Frankrijk ligt vaak iets onder de gemiddelde prijzen in Noord Europa en is minder onderhevig aan de marktwerking.

De invloed van de inkooppositie van supermarktketens in Frankrijk is heel sterk en heeft veel invloed op de prijs.

Hoe was de integratie in Frankrijk? Je hoort zeggen dat de taal een barrière vormt, de Fransen onvriendelijk zijn tegen buitenlanders en Frankrijk veel administratieve rompslomp kent.
De taal was in het begin moeilijk. Om zeker te zijn dat we onze gesprekspartners goed begrepen namen mijn man en ik de eerste jaren samen aan belangrijke gesprekken deel. We zijn hier heel vriendelijk ontvangen en de Franse boeren zijn heel solidair onder elkaar. In Frankrijk bestaat de CUMA (Coopérative d’Utilisation de Matériels Agricoles) een coöperatie van landbouwmachines. Die koopt voor gezamenlijk gebruik agrarische machines in. Hierdoor kregen vanaf het begin contact met collega’s. Voor wat betreft formaliteiten dat klopt, maar tegelijkertijd bestaan er veel uitzonderingen of die worden gemaakt…. Als we problemen hebben gaan we gemakkelijk naar het gemeentehuis. De Franse overheid, zich bewust van hun reputatie zijn zeer coöperatief om te helpen.

U zit in het bestuur van de Coöperatie EVEN in Bretagne. Hoe ging dat?
EVEN is een agri-food coöperatie met 1.200 leden en heeft 6.000 werknemers in dienst en realiseerde in 2022 een omzet van 2,5 miljard €.

Sinds 3 jaar zit ik in het bestuur waarvoor ik ben gekozen. Dit zegt iets over onze integratie… Het vraagt ongeveer 3 dagen in de maand van mijn tijd, maar ik ben daardoor van vele zaken op de hoogte. We maken met het bestuur van de coöperatie ook studiereizen, onlangs onder meer naar Californië en Madagaskar. Beide studiereizen waren heel interessant. Het grote verschil tussen een Franse coöperatie en een Nederlandse is dat de Franse coöperatie minder internationaal is. Dit heeft een negatieve invloed op onze afhankelijkheid van de Franse supermarktketens.

Hoe ziet u de ontwikkeling van emigratie van buitenlandse (met name uit andere EG-landen afkomstige) boeren naar Frankrijk zich verder ontwikkelen?
Ik denk dat deze zich verder gaat ontwikkelen. In dichtbevolkte gebieden als Nederland en België komt er steeds meer druk op veeteeltbedrijven te liggen vanwege de milieuaspecten en daarnaast vormen de hoge grondprijzen vaak een belemmering voor de ontwikkeling van agrarische bedrijven.

Het feit dat 25% van de boeren in Frankrijk ouder is dan 60 jaar betekent dat in de komende jaren voor ongeveer 90.000 agrarische exploitaties een overdrachtsoplossing moet worden gevonden. Daar het vaak om kleinere bedrijven gaat is schaalvergroting noodzakelijk en dat betekent dat financiële investeringen noodzakelijk zijn, waarvoor het geld veelal ontbreekt. De lage grondprijzen in Frankrijk en het feit dat de Franse overheid welwillend staat tegenover het behoud en verdere ontwikkeling van de agrarische sector zijn positieve factoren voor vestiging door buitenlandse boeren.

Opvolging is dus een onderwerp?
Jazeker, de veehouderij is een beroep dat 7 dagen per week werkbelasting geeft. Voor de jongere generatie is dat vaak een probleem. De automatisering door zogenaamde melkrobots is een ontwikkeling in de goede richting, maar het vraagt nog steeds de aanwezigheid op de boerderij.

We komen zo te spreken over de persoonlijke aspecten, uw bedrijfsopvolging.  Maar eerst, wat betekende de komst naar Frankrijk voor uw gezin en met name voor uw kinderen?
Toen we hier kwamen waren onze kinderen, een jongen en twee meisjes, 4, 7 en 9 jaar. Mijn man en ik waren toen 40 jaar oud. Onze kinderen zijn nu 22, 25 en 27 jaar oud. Onze oudste dochter woont in Nederland, na in Delft Lucht- en ruimtevaarttechniek te hebben gestudeerd. Onze twee jongste kinderen wonen in Frankrijk en zijn allebei actief in de agrarische sector. Onze dochter heeft een opleiding tot Cadre Agricole gevolgd en zij gaat vanaf januari 2024 werken voor een Frans makelaarskantoor en gaat zich richten op de Nederlandse boeren die zich in Frankrijk willen vestigen. Onze zoon wordt onze opvolger en werkt op het moment in Canada in de veehouderij om meer ervaring op te doen en zich op deze manier op de overname voor te bereiden.

Na 18 jaar uit Nederland te zijn vertrokken en in Frankrijk een nieuw bestaan te hebben opgebouwd; een balans?
Het is geen leven als god in Frankrijk, maar een leven als gelukkige boerin in Frankrijk!

Als je passie je beroep mag zijn in een prachtig land met vriendelijke mensen, wat wil je dan nog meer!

  • met dank aan de Nederlandse ambassade in Parijs die de FANF in contact heeft gebracht met Mary Uijterwaal